Systeemvergelijking | De vragen over universeel zaaien worden door mensen uit de praktijk en loonwerkers al jaren bevochten. We hebben actieve- en passieve zaaicombinaties getest om te zien welke aanpak echt universeel is.
Bij het zaaien zijn er weinig landbouwers en loonwerkers die concessies willen doen. Het gaat om een zo gelijkmatige en hoogst mogelijke groeiresultaat, vaak tegen elke prijs. Daarbij is de keuze van de voorbewerkingsmachines al jaren de plek waar de geesten zich scheiden. Zijn het de mulchzaaiers met geïntegreerde schijveneggen of de zaaicombinaties met rotor-eggen of rotorcultivators die goed zijn voor een werkelijk universele inzet?
Duidelijk, passieve werktuigen maken een hoge werksnelheid bij een laag gevraagd vermogen mogelijk. Maar in het bijzonder onder zware bodemomstandigheden of bij grote hoeveelheden oogstresten moeten er compromissen bij het zaaien geaccepteerd worden. Wij hebben bijvoorbeeld op een zwaar perceel gemeten hoe de zaaitechniek van invloed is op het oppervlakterendement, het verbruik en de groei.
Gerst en tarwe
Onze systeemvergelijking hebben we gedaan op een bedrijf met een bodemstructuur die overwegend middelzwaar tot zwaar is, en een klei bestanddeel tot meer dan 20% bezit. Op twee nagenoeg identieke percelen hebben hebben we wintergerst (zaaidatum 19 sept.) en wintertarwe (zaaidatum 25 okt.) gezaaid. Het uitzaaien van de gerst gebeurde na het ploegen, het zaaien van de tarwe als late zaaiing na de suikerbieten en na een diepe bewerking met een cultivator met drie balken. Bij het uitzaaien gebruikten we:
- Een driepunts aangebouwde 3 m rotor eg, de Lemken Zirkon met Solitair 9
- Een driepunts aangebouwde 3 m schijveneg Lemken Heliodor met Solitair 9
- Een opgezadelde 3 m Lemken Compact Solitair met Heliodor schijveneg
De solitair 9 is naar wens te voorzien van een rotoreg of schijveneg. De ombouw duurt 10-15 min. Door deze keuzemogelijkheid kan de landbouwer goed inspelen op verschillende bodem- en zaai omstandigheden.
De Compact Solitair hebben we als derde variant ingezet om te zien hoe de tijd aan de kopakker zich verhoud bij gebruik van driepunts aangebouwde machines en gedragen machines.
Onze metingen
De volgende parameters waren belangrijk voor onze vergelijking zoals we die tijdens en na het zaaien gemaakt hebben:
- Het brandstof verbruik
- De prestatie per oppervlakte
- De grondstructuur (optische controle)
- De inbedding van het zaaigoed (idem)
- De groei (de score na vier, resp. vijf weken na het zaaien)
Alle varianten werden op hetzelfde perceel direct naast elkaar gelegd, zodat plaats en bodem als vergelijkbaar gezien konden worden. De rijsnelheden verschillen net als in de dagelijkse praktijk. Met de Solitair 9 met rotorkopeg reden we 7-8 km/u. Met andere machines gingen we met 11,5- 12,5 km/u over de akker.
De resultaten
Direct na het zaaien berekenden we het verbruik en de oppervlakte prestaties van de drie varianten. Qua verbruik vonden we geen verrassingen. Met 25,4 en 11,2 l/ha gebruiken de actieve bodembewerkers duidelijk meer diesel dan de passieve. Bijna dubbel zo veel.
Bij het tarwezaaien waren de verschillen niet zo groot. Hier gebruikte de rotorkopeg combinatie met 19 l/ha, resp. 12,9 l/ha ruim 6-8 l/ha meer. Daarbij ligt de oppervlakteprestatie bij de actieve zaaicombinatie ongeveer 25% onder die van de andere twee.
Dat betekent dat goede weersomstandigheden niet optimaal gebruikt kunnen worden. Bij het bekijken van de groeiscore blijkt dat dan niet nodig ook. De grootste verschillen konden we bij de gerst noteren. Hier betrof de score bij het actieve zaaien 95%. Met passieve voorbewerking kwamen we op de 72%. Dat grote verschil verraste ons. Maar we vonden de oorzaak snel: in het perceel dat we met de passieve machine hadden bewerkt constateerden we een hoger aandeel grove bodem bestanddelen. Er was dus minder fijne aarde voor de zaadinbedding voorhanden. Terwijl de rotorkopeg combinatie de vele kluiten verkleinde en zo voor een goede inbedding zorgde.
Een soortgelijke situatie bij het tarwe. Na de bietenoogst was de bodem gecompacteerd en nat. Toch zorgde de rotorkopeg combinatie ook hier voor blijkbaar zoveel aarde verkruimeling, dat er een groeiscore van 93% bereikt werd. De passieve Compact-Solitair en de Solitair 9 verkruimelden nauwelijks maar schraapten bodemoppervlak weg om dat later aan de zaaihorizon te deponeren. Bovendien werd er niet in de diepte losgewoeld. Al met al was er daardoor onvoldoende fijne aarde beschikbaar zodat de zaaivores vaak niet gesloten werden, en er een aanzienlijk deel zaaigoed aan de oppervlakte bleef liggen en niet uitliep. De groei-score bedroeg slechts 74- en 77%.
De financiële waardering
Het is moeilijk een prijskaartje te hangen aan deze vergelijking. Aan de kostenkant zijn de uren en het brandstof verbruik helder meetbaar, net als de slijtagekosten. Moelijker wordt het bij het groeiresultaat. Dat kan niet 1 op 1 in opbrengst vertaald worden. Doordat een minder dichte beplanting bijvoorbeeld door betere grondeigenschappen meer kunnen opbrengen. Een wat minder dichte aanplant zorgt immers voor betere randvoorwaarden qua ruimte, water en licht voor het staande gewas. Daar tegenover staat het waarschijnlijke meer verbruik aan bestrijdingsmiddelen omdat er tussen ruimer staand gewas meer ruimte voor onkruid is. In luchtiger beplanting is tevens minder kans op schimmelvorming. En onze test is niet gedaan onder laboratorium omstandigheden, dus op niet alle vragen vinden we een sluitend antwoord. Maar als we naar de groei op de akker kijken, dan is de winst van de actieve variant duidelijk. Maar hoeveel dat is, dat moeten we in de komende oogstperiode vaststellen.
Manoeuvreerkritiek
Met deze systeem vergelijkingstest willen het ene niet verdoemen ten koste van het andere. Deels kan er op veel percelen op grond van een hoog bestanddeel stenen of erosiegevaar nauwelijks met actieve inzet gewerkt worden. Aan de andere kant zijn onze resultaten slechts voor kleihoudende grond en onder bepaalde zaaiomstandigheden met een hoge zaaidichtheid. En daar spreekt alles voor actieve zaaitechniek. Dat beeld kan er op andere locaties heel anders uit zien. Want waar de bodem van zichzelf al veel fijne aarde bevat, daar kunnen rotorkop- eggen en cultivators nauwelijks scoren op hun sterke punten. Daar zijn schijveneggen als voorbewerkers een betere en goedkopere oplossing. En de grote bedrijven tellen de slagkracht zwaar mee in hun calculaties.
Daarom hebben de origineel Duitse tabel ‘kostenplaatje’ 1 op 1 over genomen ter illustratie. Daarin zien we hoe de kosten per hectare in de actieve variant veranderen wanneer er 25% meer slagkracht moet worden ingekocht. Maar ook dan is het duidelijk dat er door een extensiever bestelsysteem zo goed als geen opbrengstrisico wordt genomen. Een uitweg uit dat probleem biedt in ons geval de Lemken Solitair 9 met zijn uitwisselbare voorbewerkingswerktuigen. Zo kost de Heliodor in 3 m uitvoering ongeer €15.000,- extra, maar hij kan solo, of samen met de zaaimachine gebruikt worden. Voor kleinere tot middelgrote bedrijven is dat een interessant alternatief om de kosten in het machinepark te reduceren.
Meer resultaten
In opgezadelde uitvoering vermindert de prestatie per hectare door de langere keertijden aan de kopakker enigszins, met 0,1 ha/u. De Compact-Solitair maakt met zijn 3.500 ltr. grote zaadtank hogere oppervlakteprestaties mogelijk en overcompenseert daarmee zijn geringe nadeel bij het keren. Passieve zaaitechniek maakt, naar gelang de omstandigheden, een meer dan 25% hogere oppervlakteprestatie.
Deze aanpak vraagt zelfs hogere rijsnelheden om goede resultaten (bijv. kruimelen, egaliseren) te leveren. In onze test hadden we nog sneller dan 11,5 km/u kunnen rijden, maar dan was de zaaddekking nog slechter uitgevallen. De passieve varianten zouden voor een gelijk aantal planten /m2 ongeveer 30-36 euro/ha hogere zaaigoedkosten veroorzaken. Die hebben we in de calculaties nog niet eens mee genomen.
In een oogopslag
Als het op zaaien aankomt is de bonusvraag: Actief of passief? Moet het een conventionele zaaicombinatie met cirkel eg of rotor cultivator zijn of zo’n vaak geprezen universele drillmachine? Wij wilden weten welke variant werkelijk universeel inzetbaar is. Ons testterrein was een bedrijf met een middelzware- tot zware kleihoudende bodem.
De drie varianten vergeleken
Solitair 9 met Zirkon | Solitair 9 met Heliodor | Compact-Solitair met Heliodor | |
Rijenafstand | 15 cm | 15 cm | 16,7 cm |
Werkwijze voorgereedschap | actief, roterend | passief, rollend | passief, rollend |
Werkdiepte voorgereedschap | 5-6 cm | 8 – 10 cm | 8 – 10 cm |
Rijsnelheid | 7,5 km/h | 11,5 km/h | 11,5 km/h |
Keertijd | 30 sec | 30 sec | 34 sec |
Oppervlakte prest. theoretisch | 2,25 ha/h | 3,45 ha | 3,45 ha |
Oppervlakte prest. praktisch* | 1,76 ha/h | 2,34 ha/h | 2,22 ha/h |
Gerst (soort Sandra, 95% KF, 64,4 g TKG, 350 ko/m2) | |||
Uurverbruik | 25,4 l/h | 14,4 l/h | 17 l/h |
Verbruik per ha | 11,2 l/ha | 4,2 l/ha | 4,9 l/ha |
Groeiscore | 95% | 72% | 72% |
Tarwe (soort Pamir, 95% KF, 64,4 g TKG, 330 ko/m2) | |||
Uurverbruik | 29 l/h | 17 l/h | 24,5 l/h |
Verbruik per ha | 12,9 l/ha | 4,9 l/ha | 7,1 l/ha |
Groeiscore | 93% | 74% | 77% |
Bron: eigen metingen. * incl. tijd aan de kopakker zonder vul- en weegtijden
Het kostenplaatje als rekenvoorbeeld
Solitair 9 met Zirkon | Solitair 9 met Heliodor | Compact- Solitair met Heliodor | |
Werkbreedte | 3 m | 3 m | 3 m |
Prijsindicatie | €48.500 | €45.800 | €64.500 |
Rente op restkapitaal | 240 Euro = 2,4 Euro/ha | 280 Euro = 2,8 Euro/ha | 0 |
Zaaikosten | 34,5 Euro/ha | 34 Euro/ha | 38 Euro/ha |
Variabele kosten | 7,5 Euro/ha | 4 Euro/ha | 4 Euro/ha |
Brandstofkosten | 17 Euro/ha | 6,3 Euro/ha | 6,7 Euro/ha |
Trekkerkosten | 20 Euro/ha | 16,5 Euro/ha | 17,5 Euro/ha |
Kosten bestuurder | 8,5 Euro/ha | 6,4 Euro/ha | 6,7 Euro/ha |
Totale zaadkosten | 85,1 Euro/ha | 64,4 Euro/ha | 73 Euro/ha |
Totale zaadkosten bij gelijke slagkracht* | 95,1 Euro/ha | 64,4 Euro/ha | 73 Euro/ha |
Kostenvoordeel variant | referentie | 20,7 Euro/ha | 12,1 Euro/ha |
Kostenvoordeel bij dezelfde slagkracht | referentie | 30,7 Euro/ha | 22,1 Euro/ha |
Acceptabele mindeopbrengst** | referentie | – 1,0 dt/ha | – 0,6 dt/ha |
Acceptabele mindeopbrengst bij gelijke slagkracht** | referentie | – 1,5 dt/ha | – 1,1 dt/ha |
*Solitair 9 KE + 25; % ** bij 20 euro/dt; monsterberekening voor jaargebruik op 100 ha op basis van de door ons verzamelde gegevens. Op basis van de Duitse markt.
Twee in één
In onze test gebruikte we de in 2011 gepresenteerde combinatie van Solitair 9 en Heliodor. De clou van deze zaaicombinatie: hij is zowel met de met de Zirkon rotorkopeg als met de Heliodor schijveneg te gebruiken. Het ombouwen ging eenvoudiger dan we ons voorgesteld hadden. De meegeleverde steunen moeten links en rechts in het frame van de zaaimachine gestoken worden. En de hele combinatie wordt daar op neer gelaten.
Na het loskoppelen van alle leidingen moeten er twee borgbouten onder de zaadcontainer verwijder worden. Dan kan het betreffende stuk gereedschap al tijdens het laten zakken van de zaadtank afgenomen worden. Daarna is het een zaak van stuivertje wisselen. De hele wissel heeft bij ons 15-20 minuten geduurd. Dat kan gewoon met één persoon.
Goed: de Zirkon en de Heliodor zijn ook afzonderlijk te gebruiken omdat de wals steeds meegewisseld wordt en niet aan de zaaimachine blijft. Maar zwaartepunttechnisch moet er opgelet worden: de demontage mag alleen bij een lege zaaigoedcontainer gebeuren. Want anders kiept de zaak naar voren. Het is daarom verstandiger de onderdelen niet apart en los weg te zetten. De steunen zijn nadrukkelijk alleen voor de ombouw bedoeld.
Algemene indruk
Qua groeirendement is het zaaien met actief voorbewerkend gereedschap op zware grond beter dan de passieve insteek. Hoe sterk dat uiteindelijk de opbrengst beïnvloed weten we niet. De actieve variant heeft per hectare bijna dubbel zoveel brandstof nodig als de passieve. Bij het bewerken van de gegevens bleek echter dat dit nadeel door de verregaand betere zaadafzetting meer dan gecompenseerd werd en dat er bij inzet van passief werkend zaai voorbereiden slechts sprake van zou kunnen zijn van een zeer kleinere opbrengst. Onze ervaringen met actieve zaaitechniek zijn niet 1 op 1 naar andere locaties te vertalen. Op grond met minder klei en meer zand komen de resultaten dichter bij elkaar. Onderzoek aan de Hogeschool van Kiel heeft bij voorbeeld aangetoond dat passief zaaien onder andere omstandigheden zelfs tot betere resultaten kan leiden.