‘Strip till’ inclusief depotbemesting is een trend die steeds meer in zwang komt. We konden de Kverneland Kultistrip aan een nader onderzoek onderwerpen kort voor het maiszaaien in het voorjaar en voor de koolzaadzaai in de zomer.
Strip till is een bewerkingsmethode voor rijgewassen als mais, suikerbieten, zonnebloemen of voor koolzaad. Daarbij wordt de bodem alleen daar bewerkt waar later de planten moeten groeien. De rest van de akker wordt in principe onbehandeld gelaten.
Aangezien de bovengenoemde gewassen in rijen worden verbouwd, wordt de bodem dus alleen bewerkt in de stroken waar later gezaaid gaat worden. Voor mais met rijafstanden van 75 centimeter betekent dat bijvoorbeeld dat meer dan 50 procent van het oppervlak niet wordt bewerkt.
Voordelen van deze methode zijn tijd- en kostenbesparing bij de bodembewerking, terwijl het ook water spaart. Bovendien zijn er niet te onderschatten ecologische voordelen. Zo wordt de bodem beter beschermd door de stro- en mulchlaag en de waterinjectie. Daarbij neemt het draagvermogen en de stabiliteit van de bodem tussen de rijen toe.
Daarom is de strip till-methode vooral interessant in gebieden met kwetsbare bodem, als alternatief voor intensieve bodembewerking met de ploeg, maar ook voor intensieve mulchzaai.
Inmiddels is met name in Duitsland de opgedeelde methode in zwang geraakt. Daarbij wordt de bewerking (plus mestapplicatie) gescheiden van het zaaien. Voor deze methode levert Kverneland sinds 2013 een strip till-machine die de strooksgewijze bodembewerking doet, maar tegelijk ook mest kan afzetten. Zowel gier als kunstmest zijn mogelijk.
Wij konden de Kverneland Kultistrip aan het werk zien voor de koolzaadzaai en de maiszaai. Voor koolzaad liep er een 12-rijige machine achter een Vredo VT7028-3, met een rijafstand van 45 centimeter. Voor mais keken we naar een 8-rijige Kultistrip met een rijafstand van 75 centimeter. Beide werktuigen hadden het 6,0 meter brede frame.
Opbouw naar behoefte voor de Kverneland Kultistrip
Bij Kverneland is er niet een specifieke Kultistrip met werkbreedte X en vaste aantal rijen Y. Je configureert de strip till-machine naar je eigen behoefte en je bent ook na aanschaf niet in de mogelijkheden beperkt.
Er zijn drie framebreedten leverbaar (die voor onze streken relevant zijn): 3,0 meter star en 4,5 en 6,0 meter opvouwbaar. Op deze frames zijn afzonderlijke aggregaten te bevestigen in onderlinge afstanden van 45 tot 80 centimeter.
Zo hadden we op de 6,0 meter brede testmachine voor het koolzaad twaalf aggregaten en 45 centimeter afstand, en voor het mais acht aggregaten met 75 centimeter afstand. De aggregaten zijn afzonderlijk met enorme beugels aan het frame vastgeklemd, zodat ze gemakkelijk kunnen worden gedemonteerd of verplaatst. Dat maakt de Kultistrip zeer universeel inzetbaar, voor elke soort tussenafstand en elk soort rijengewas.
De centrale framebuis heeft een doorsnede van 180 x 180 millimeter. De 4,5 en 6,0 meter brede machines worden in- en uitgeklapt door twee hydraulische cilinders, voor elke kant eentje. Op elke bevestigingspen zit een smeerpunt, verder ook op de scharnierpunten van de zijvleugels. Deze zes smeerpunten moeten om de 40 uur worden gesmeerd; anders hadden ze ook geen smeernippels… De starre 3,0m-varianten hebben geen enkel smeerpunt. Dat is gebruiksvriendelijk.
Kverneland Kultistrip doet het rij aan rij
De afzonderlijke aggregaten zijn zoals gezegd simpelweg aan het hoofdframe vastgeklemd en alleen door een hydrauliekleiding van de non-stop-beveiliging met elkaar verbonden. Deze zit standaard in de parallellogramophanging van elke eenheid. Op een manometer is de druk centraal af te lezen. Tijdens het gebruik moet die rond de 100 bar zijn.
De dieptegeleiding geschiedt aan de voorkant met de steunwielen, eentje links en eentje rechts, en achter met het aandrukwiel; de bodemaanpassing gebeurt via de parallellogram-ophanging. Een aggregaat van de Kverneland Kultistrip weegt ongeveer 250 kilo. Als minimaal vereist vermogen per eenheid geeft de fabrikant ongeveer 20 pk op.
Dat de Scandinaviërs robuust bouwen, blijkt al wel uit de royale bovengrens van het trekvermogen: voor de balk van 3,0 meter ligt die op 200 pk, bij die van 6,0 meter mag er maximaal 650 pk voor het frame worden gezet. Dat zou zelfs toereikend moeten zijn voor de sterkste pk-monsters in de gierverspreiding, zoals we ook hebben kunnen zien aan de Vredo-drieasser.
Om de bodem goed los te maken voor de aansluitende zaai en ook voor de mestinbrenging, zitten er aan de aggregaten veel verschillende werktuigen.
Tussen de beide voorste steunwielen draait een snijschijf met een diameter van 520 millimeter. Die splijt de bodem open en verkleint oogstresten als stro of tussengewas. De werkdiepte van die schijven is met een reeks gaten te verstellen.
Aansluitend volgen de dubbele uitwerpwielen. Die moeten de bewerkingsstroken ontdoen van organisch materiaal als oogstresten en stenen of grove kluiten. De agressiviteit ervan kan handig worden versteld met een handgreep. In de bovenste positie zijn de ruimers opgetild en werken ze niet. Veren beveiligen de stervormige wielen onafhankelijk van elkaar tegen overbelasting door obstakels.
Kverneland Kultistrip heeft grote tanden
Een belangrijk element aan de Kultistrip is de bewerkings-tand. Die is er in drie verschillende uitvoeringen: recht, halfgebogen en gebogen. Afhankelijk van de toepassing van de Kultistrip en de gewenste mate van losmaken van de grond is soms de ene, soms de andere variant de betere. Daarbij geldt: voor weinig losmaken moet de rechte tand worden gekozen, voor een intensiever los-woelen de gebogen versie.
Verder zijn de tanden in twee verschillende dikten leverbaar. De brede versie van 30 millimeter is voor de applicatie van gier, de smalle van 15 millimeter voor de applicatie van kunstmest.
Achteraf de tanden verwisselen (vorm en dikte) is geen enkel probleem.
Als maximale werkdiepte geeft Kverneland 30 centimeter op. De diepte van de tanden moet je op elk aggregaat apart instellen. Daarvoor moet je een pin verzetten. In het algemeen is de instelling van de machine heel gebruiksvriendelijk.
Op de hoek van de kantschijven aan de tanden na kan alles zonder gereedschap worden gedaan. Overal vind je borgpennen en scharnierpennen.
Dan de kantschijven. Die bepalen de breedte van het bewerkingsspoor en houden als het ware de aarde in het gareel. Ze hebben een diameter van 460 millimeter en zijn licht getand. Hun werkpositie kan met een gatenpatroon worden aangepast, alleen voor het instellen van de hoek is een moersleutel nodig.
Net als de snijschijf en de uitwerpwielen zijn de schijven beveiligd door schroefveren (voor elke schijf één), zodat ze niet breken.
Separate uitlooptrechter op de Kverneland Kultistrip
De depotbemesting leent zich er goed voor om de rijgewassen een mooi startcadeautje en groeistimulans voor de wortels te geven.
De Kultistrip kan tijdens het strookvormig bewerken tegelijkertijd kunstmest of gier via een uitlooptrechter in de bodem afzetten. Daarvoor zijn er twee verschillende formaten uitlooptrechters, die achter de tanden zijn gemonteerd.
De uitlooptrechter werkt zogezegd ‘in de schaduw’ van de bewerkingstand.
De grote uitlooptrechter met een doorsnede van 60 millimeter is geschikt voor gier en kan grote hoeveelheiden uitstrooien. De dunnere uitlooptrechter is bedoeld voor de kunstmestapplicatie, omdat daarvan de uit te strooien hoeveelheden niet zo groot zijn.
Je hoeft echter niet persé die dunne uitlooptrechter te gebruiken, want de giertrechter kan net zo goed worden gebruikt voor kunstmest.
Het achteraf wisselen van uitlooptrechter is ook eenvoudig. Net als bij de tanden begrenst een pen de diepte. Door het eenvoudigweg omzetten is de afzetdiepte tussen 0 en 20 centimeter te verstellen – en dat onafhankelijk van de werkdiepte van de tand.
Na het losmaken van de bodem en het eventueel deponeren van de mest is het belangrijk om de losgewoelde stroken fatsoenlijk te verdichten. Kverneland heeft daarvoor drie verschillende aandrukwielen in het programma (staaf-, Farmflex- en V- aandrukwielen).
De diameter is bij alledrie de varianten 350 millimeter. Afhankelijk van de gekozen aandrukwielen vindt er tegelijk ook een meer of minder intensieve verkleining van grove grondbestanddelen plaats. Bij onze praktijktest voor de maiszaai was het V- aandrukwiel gemonteerd. Die leverde een goed resultaat op.
De diepteverstelling van de walsen kan met een handslinger worden gedaan. Een schaalverdeling naast de spindel helpt ter indicatie voor het precieze nastellen van de andere aandrukwielen en rijen. Het vervangen van aandrukwielen – om op wisselende eisen c.q. omstandigheden te kunnen reageren – gaat zelfs helemaal zonder gereedschap.
Kunstmest deponeren
Om kunstmest te kunnen inbrengen, heb je behalve de uitlooptrechter ook een mesttank, een verdeelkop en een cycloon boven de mestuitlooptrechter nodig. De kunstmest gaat dus vanuit de verdeler naar de afzonderlijke afscheiders, die de perslucht afblazen en de mest verder in de uitlooptrechter doen belanden.
Vergeleken met de gangbare bemestingsuitrusting met één centrigugaalafscheider per rij had onze testmachine een aantal modificaties.
De eis van de boer was dat er 500 kilo mest per hectare moest kunnen worden ingewerkt. Voor de centrifugaalafscheiders was de hoeveelheid te groot, die konden niet genoeg lucht afvoeren. Daarom koos men voor de dikke uitlooptrechter, zette deze op T-stukken en klemde daar in plaats van één twee centrifugaalafscheiders op.
Centraal op het frame is een balk bevestigd die aan de bovenkant de verdeelkop draagt. De verdeler heeft acht uitgangen en kan daarmee dus maximaal acht rijen voorzien. Bij meer rijen zijn twee koppen nodig. Dat is ook het geval wanneer op elke rij twee cyclonen zitten of wanneer met twee doseerders wordt gewerkt.
Mesttank
Voor de kunstmestapplicatie is er een fronttank. Kverneland heeft twee modellen in het product programma. De DF-1-tank heeft een inhoud van maximaal 1.700 liter en standaard één doseerder. De DF-2-fronttank, die in onze test op de Fendt was gemonteerd, is opgebouwd als dubbeltrechter-tank en heeft daarom twee doseerders.
De tank heeft een inhoud van 1.650 liter, maar kan door opzetstukken worden vergroot tot 2.200 liter. De aandrijving van de luchtaanjager is hydraulisch.
De signalen voor de doseerders komen van de snelheidssensor. Met de beide doseerders van de DF-2-tank konden de hoge mesthoeveelheden die deze boer eiste goed worden gerealiseerd. De verdeling in de twee verdeelkoppen en bij de centrifugaalafscheiders werkte eveneens betrouwbaar.
Speciale gierkit
Speciaal voor de montage aan gierwagens of aan zelfrijders is er een aparte uitrusting van Kverneland. Die kan echter, net als hier, ook worden omgebouwd. De set omvat een snijverdeelkop van Veenhuis, de dikke uitlooptrechter en de benodigde slangen naar de uitlooptrechters.
Het 6,0 meter brede frame is goedgekeurd voor 650 pk! Daarmee kunnen de zelfrijdende giertanks dus flink los gaan… Zonder enige voorwerktuigen kan de Kultistrip ook als giercultivator worden gebruikt – maar dat is niet het idee achter een strip till-machine.
Technische gegevens van de Kverneland Kultistrip
Frame: afmetingen hoofddrager 180 x 180 mm; 3,0 m star, 4,5 en 6,0 m inklapbaar, aanbouw Cat. II, III of IV.
Aggregaten: rijbreedte 45 – 80 cm, 12 rijen bij minimale rijbreedte (in 6m-versie), hydraulische overbelastingsbeveiliging.
Gereedschappen/werktuigen: snijschijf 520 mm; voorlopende uitwerpwielen; kantschijven; drie verschillende tandvormen leverbaar, werkdiepte 10 tot 30 cm; twee verschillende uitlooptrechters (60mm-giertrechter) voor depot-mestdiepte tot 20 cm; staaf-, Farmflex en V-aandrukwiel met 350 mm diameter.
Gewichten: Bij minimale rijbreedte 1.850 tot 4.000 kg, bij maximale rijbreedte 1.350 tot 2.950 kg; eigengewicht rijenaggregaat 250 kg; werksnelheid tot 15 km/u.
Mening uit de praktijk over de Kverneland Kultistrip
Methode die werkdruk vermindert
De firma Forstner koos in het voorjaar 2017 voor de 8-rijige Kultistrip van Kverneland. Andere merken konden hen niet overtuigen en men is zeer tevreden over Kverneland en de lokale dealer.
In de maisbouw met een rijbreedte van 75 centimeter werd dit jaar ongeveer 200 hectare bewerkt. Tegelijkertijd brengt de Kultistrip ondergronds mest aan. Met behulp van de DF-2-tank en de dubbele trechter op de uitlooptrechter deponeert dit bedrijf 500 kilo gemengde mest in de grond.
De machine wordt hoofdzakelijk gereden door Simon Bindorfer, die onder andere enthousiast is over de gemakkelijke instelling en het lichte trekken. ,,Met het strip till-procedé gaat we het toenemende gevaar van bodemerosie tegen. Bovendien hebben we zo vlak voor de maiszaai geen piekdrukte. We zetten de mest van tevoren al af rechtstreeks in de winterbegroeiing of het wisselgewas. Later hebben we genoeg tijd voor het zaaien van mais. De mest zetten we op ongeveer 12 centimeter diepte af; de tanden werken op 17 centimeter diepte. Met de Fendt rij ik 8 à 9 km/u. Sneller kunnen de doseerders niet aan, maar dat is ook genoeg. Aangezien wij rijstroken aanleggen, willen we in de betreffende sporen eigenlijk geen mest inbrengen. Dat kan Kverneland helaas nog nog niet realiseren.”
Kverneland Kultistrip: onze conclusie
De Kultistrip van Kverneland maakt een robuuste indruk. De homologatie voor de 6,0-meter-machine ligt bij 650 pk – dat is ook genoeg voor de grote zelfrijders.
Het onderhoud van de machine is erg goedkoop. Er zitten maar zes smeerpunten aan het opvouwbare frame, aan het starre deel geen.
De mestapplicatie kan separaat van de werkdiepte van de tanden worden uitgevoerd. Het instellen gaat in het algemeen gemakkelijk. De snijschijven, uitwerp- wielen, tanden, uitlooptrechters en naloper zijn zonder gereedschap aan de betreffende gebruiksomstandigheden aan te passen. Alleen voor de hoekverstelling van de kantschijven heb je een ringsleutel nodig.
+ Onafhankelijke instelling van werkdiepte en mestapplicatie
+ Gemakkelijke instelling van de werktuigen
+ Gebruiksvriendelijk onderhoud
+ Ombouw naar gierverspreiding mogelijk
– Deactivering van afzonderlijke aggregaten niet mogelijk